Als negenjarige wist Merel Rademaker al dat ze later onrecht wilde bestrijden en boeven wilde vangen. Toen ze ouder werd en ontdekte waar ze goed in was — en wat ze leuk en belangrijk vond — wist ze wat ze wilde gaan doen: rechten studeren en officier worden.
Tijdens haar studie zocht ze naar stages en werkstudentschappen die haar uiteindelijk de mogelijkheid zouden geven om bij de (toen nog) RAIO-opleiding aan te kloppen. In het laatste jaar van haar studie werd de RAIO-opleiding afgeschaft en moest Merel opnieuw een pad uit gaan stippelen.
Na een tijd in de advocatuur te hebben gewerkt, wist ze zeker dat dat niets voor haar was. Zo kwam ze weer terecht bij het OM als senior secretaris mensenhandel en fraude in het ondermijningsteam in Den Haag. Vervolgens is ze ‘naar buiten’ gegaan, om de 2-jaar-ervaringseis op te halen. Dit deed ze als adviseur bij het Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen. Vanuit daar heeft ze gesolliciteerd op de vacature officier van justitie in opleiding en werd ze aangenomen bij parket Midden-Nederland.
“In mijn dagelijks leven wil ik werk doen wat er toe doet en me inzetten voor een betere, veiligere en eerlijkere samenleving.”
Wat als negenjarig meisje nog leek op een Batman-achtige droom, klopte nog steeds: haar moreel kompas om te werken aan een rechtvaardige samenleving, is precies wat haar drijft. Dit in combinatie met de diversiteit, uitdaging en spanning die bij de functie hoort, maakt dat het voor Merel de juiste keuze is geweest.